Zonder Titel – Mathijs van Dam & Peter Jansen (1984)
Als twee naalden die door de grond heen prikken staat dit werk hier. Alhoewel dit kunstwerk er staat met als voornaamste doel op te vallen, is er ook met de argeloze lange mens in het donker rekening gehouden. Er zit een reflectortje op ooghoogte om te voorkomen dat iemand zijn hoofd stoot.
Markeringskunst
In het originele ontwerp van de Bijlmer is bewust geen ruimte voor kunst ingepland. De wijk zou een kunstwerk op zichzelf zijn en de bewoners zouden zo van het straatbeeld genieten dat geen kunstwerk daar iets aan zou kunnen toevoegen. We weten nu dat de realiteit weerbarstiger is. Al snel nadat bewoners de wijk betrokken kwam er behoefte aan kunst in de openbare ruimte. Op deze plek vroegen de bewoners specifiek om een werk dat de locatie herkenbaar zou maken, want ze konden hun huis niet terugvinden. Tot 1992 waren aan de andere kant van de weg enkel grote honingraatflats te zien, zover je kon kijken. Er was zoveel symmetrie en herhaling in de wijk dat er weinig herkenningspunten waren. Dit kunstwerk is dan ook een schoolvoorbeeld van ‘markeringskunst’ waarvan er meer in Zuidoost te vinden is. Tegenwoordig is dit een duidelijk herkenbare plaats dankzij de kavels links achter het werk waarop de bewoners zelf hun huis mochten ontwerpen.
Auto’s in de Bijlmer
Vanaf 1992 heeft er hier een rigoureuze stadsvernieuwing plaatsgevonden. Niet alleen zijn verscheidene hoogbouwflats gesloopt en vervangen door laagbouw, ook is in 2005 de autoweg verlaagd. In het eerste ontwerp voor de Bijlmer waren namelijk alle wegen boven straatniveau gepland. Als voetganger hoefde je nooit een auto tegen te komen want de wegen lagen op grote betonnen pilaren en torenden boven de straatniveau uit. De metrolijn lag, en ligt weer, boven deze autowegen. Rondom de kunstwerken De Grote Glijbaan en Mama Aisa kun je nog enigszins ervaren hoe dit geweest moet zijn. De autowegen in de Bijlmer bestonden uit brede dreven en je kon met de auto maar twee kanten op, of eruit of de gemeenschappelijke garage in. Met deze opzet wilde men een veilige en prettige leefomgeving creëren zonder overlast van auto’s. In de praktijk pakte dit anders uit. De vele tunneltjes en bruggetjes onder de autowegen creëerden onoverzichtelijke en donkere plekken waar men zich niet veilig voelde. Ook waren er onvoldoende auto’s om de garages te vullen, waardoor ook deze ruimtes onveilig aandeden en ongure types aantrokken. Soms moest men wel vierhonderd meter lopen van de woning naar de auto. Tijdens de stedelijke vernieuwing van Zuidoost zijn vrijwel alle wegen verlaagd. Het kunstwerk van Matthijs van Dam en Peter Jansen is dan ook tegelijk met de weg verlaagd.
Het oorspronkelijke doel van dit kunstwerk, het markeren van locatie, is nu niet meer noodzakelijk. De verschillende vormen van nieuwbouw geven de plaats een duidelijk herkenningspunt en zeker in tijden van Google Maps en navigatiesystemen kan vrijwel iedereen zijn weg vinden. Toch is het werk zo geliefd dat het is gerestaureerd en zijn plaats heeft teruggekregen langs de verlaagde weg. Wanneer je dit weet, roept het beeld een aantal vragen op. Zou de Bijlmer er anders hebben uitgezien als er in die tijd al zoiets als Google Maps had bestaan? Hadden we de wijk als kunstwerk op zichzelf meer gewaardeerd als het straatbeeld een minder praktische rol zou hebben gespeeld?